Column: Zeventien

Er is een foto. Job ligt in het grote bed met zijn hoofd op de borst van Rob. Hij kijkt blij, zoals hij meestal blij kijkt. Omdat het ochtend is, omdat de dag begint, omdat hij bestaat. Op de foto is Job nog een baby. Ik moet eraan denken als ik de slaapkamer binnenkom en Job opnieuw zo zie liggen. Het lijkt of hij nooit is weggeweest.

Column: Korset (2)

Jammer eigenlijk dat mensen korsetten altijd onder hun kleding dragen. Niemand ziet het, terwijl korsetten ware kunststukjes zijn. Op de werktafel staat de nieuwe gipsafdruk van Jobs romp. Grillige vormen die tegelijkertijd zacht en rond zijn. De vingerafdrukken van de schepper staan nog in het materiaal.

Column: Huisarrest

Precies één dag was alles perfect. Vanuit de panoramasauna staarde ik over het meer. Ik zag meerkoeten zwemmen, de glinstering van de zon op het water. Job was naar school en ik gunde mezelf een vrije dag in dit megalomane wellness-oord. Voor het eerst omarmde ik corona: dankzij de strenge regels mocht slechts een beperkt aantal gasten naar binnen.

Column: Juf

Maandagavond negen uur, telefoon. Het is Jobs juf. Of we even kunnen overleggen over de eerste schooldag morgen. Ze vraagt hoe wij willen dat Job wordt verzorgd. Denk aan situaties waarin de juf hem op de mat legt (Job mag op school altijd even liggen) of naast hem achter de computer zit.

Column: Loods

Ik zoek een lege loods of een verlaten fabriekspand. Iets enorms met zeeën van ruimte. Toen we vijftien jaar geleden ons huis kochten, dachten we dat het groot was. Job had nog een compact poppenformaat, daardoor leek het een pakhuis.

Column: Naaister

Hoe vaak heb ik hier al met mijn moeder gelopen? We struinen langs wel duizend rollen stof. Soms wijst zij iets aan, soms ik. Die oranje met luiaards? Te kinderachtig. Blauw met vissen? Beter voor een 16-jarige.